Column: De meeste mensen deugen

Foto: Gemeente Barneveld

De mens is een beest, zeiden de koningen. Een boef, volgens de elite. Een zondaar, predikten de priesters. Een egoïst, veronderstelden de economen. Een leugenaar, riep de tegenstander. Al eeuwen is de westerse cultuur doordrongen van het geloof in de verdorvenheid van de mens. Recent las ik een markant boek van Rutger Bregman die zich de vraag stelt of dat beeld wel klopt: “… wat als we het al die tijd mis hadden?”

Eeuwenlang overheerst de gedachte dat mensen vooral aan zichzelf denken en zeker in situaties waar de spanning oploopt om zich heen gaan slaan. Dan krijgen paniek en geweld ons in de greep en “dalen we een aantal treden op de ladder van beschaving”. De media laten ons de beelden na een ramp zien over plundering, diefstal, moord en verkrachting. Is dat niet voldoende bewijs? Nee, zo betoogt Bregman in zijn boek “De meeste mensen deugen”. In noodgevallen komt veelal het beste in mensen naar boven. Wat de media ook beweren, het slechte nieuws doet het daar blijkbaar goed. Journalisten hebben een “negativity bias”. Zij berichten over de uitzonderingen en wij gaan daardoor denken dat het algemene beeld net zo is. Hou op met u te laten misleiden door de uitzonderingsjournalistiek. Ze blazen het slechte nieuws op tot grote krantenkoppen. Die slechte nieuwsberichten doen, om Bregman in zijn verhaal te volgen, altijd weer het wijdverbreide altruïsme verbleken. Een altruïsme dat leidt tot onderling hulpbetoon en massaal geven en delen van goederen en diensten. En met vele voorbeelden en wetenschappelijke onderzoeken uit diverse disciplines komt hij met bewijsvoering. Wist u bijvoorbeeld dat uit diverse onderzoeken naar het daadwerkelijke gedrag van soldaten in een oorlog blijkt dat de meeste soldaten niet schieten of hoog over de vijand heen? Slechts 15 tot 25 procent schiet effectief op de tegenstander, de rest kan of wil het uiteindelijk niet, zo blijkt uit onderzoek. En hoewel we geloven dat de sterkste samenlevingen overleven door de concurrentie en het gevecht om de schaarste (“survival of the fittest”), toont de geschiedenis aan dat die stelling niet klopt. Juist samenlevingen die het vermogen ontwikkelen om samen te werken, waar men voor elkaar zorgt en op elkaar gericht is en van elkaar wil leren, blijken te overwinnen (“survival of the friendliest”). We trappen volgens Bregman in de val van “selffulfilling prophecies”: “We geloven in wat we worden. We zoeken wat we vinden. Wat we voorspellen, is wat er gebeurt.”

Laten we die vriendschap als dragend beginsel voor het goede samenleven eens wat beter op de korrel nemen. Als je voortdurend twijfelt aan je medemens en wantrouwen aan de dag legt, dan zal er geen vriendschap volgen. Vriendschap en vertrouwen of liefde en loyaliteit worden waar omdat we er in geloven en ze groeien als we het delen. Ga daarom eens wat meer uit van het goede. Geef vaker het voordeel van de twijfel. En benoem de goede bedoelingen en de positieve gevolgen. Dat geeft immers veel kracht en verbinding. Cynisme, kwaaddenken en achterdocht dienen daarentegen vooral het eigen imago; men weet het allemaal zo goed maar geeft men daarbij echt om de ander? Meestal steekt men daarmee geen hand uit want het enige doel van cynici is het eigen gelijk te bewijzen. En, wie zichzelf ingraaft in de eigen loopgraven, loopt uiteindelijk een groot gevaar het zicht op de werkelijkheid te verliezen. Wat zouden onze relaties kunnen verbeteren als we de ander wat meer proberen te begrijpen, ook als je geen begrip hebt voor diens standpunten of handelen. Toon eens wat meer compassie, zo roept Bregman op. Compassie vraagt niet dat we meehuilen maar wel dat we troosten, geruststellen, meedenken en een helpende hand bieden om verder te komen. Om vriendschap en vertrouwen te versterken is het altijd goed om te denken over de wijze les dat je een ander dient te behandelen zoals je ook zelf graag behandeld zou willen worden. Of misschien nog een brug verder te gaan door hem of haar rechtstreeks de vraag te stellen hoe hij of zij graag behandeld zou willen worden. En, tenslotte, wie de kracht kent van vriendschap en vertrouwen hoeft minder energie te verspillen aan haat en nijd. Die kan gaan leven, die bevrijdt zichzelf en zijn tegenstander.

De meeste mensen deugen.
Je kunt het geloven of niet …… in elk geval kunnen we het proberen te praktiseren.

Dr. J.W.A. van Dijk
Burgemeester

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen