Gemeente Barneveld start samenwerking met nieuwe dierenopvang

16 dec , 11:01 Gemeente
gemeentehuis barneveld winter 915x518 1
Barneveld.nieuws.nl
Ter illustratie.

Gemeente Barneveld start op 1 januari 2026 een samenwerken met een nieuwe dierenopvang voor honden, katten en vogels. Dit volgt op het besluit van Dierentehuis Levenslust om per 1 januari 2026 te stoppen met de opvang. Zo is de opvang van dieren in gemeente Barneveld verzekerd.

Nieuwe samenwerking met DierenZorg Eemland

Na een zorgvuldige zoektocht kiest de gemeente Barneveld voor DierenZorg Eemland in Soest als nieuwe opvanglocatie. De keuze is gemaakt in goed overleg met de Dierenambulance Barneveld. De dierenambulance speelt een belangrijke rol bij het brengen van dieren naar de juiste opvangplek.

Afscheid Dierentehuis Levenslust

Op woensdag 3 december 2025 stond de wethouder stil bij het afscheid van Dierentehuis Levenslust. De gemeente Barneveld vindt het jammer dat het asiel stopt met haar activiteiten, maar heeft begrip voor deze keuze. De jarenlange samenwerking werd altijd als prettig ervaren.

Bezoek aan DierenZorg Eemland

Wethouder Mijntje Pluimers-Foeken bezocht op dinsdag 9 december 2025 samen met vrijwilligers van de Dierenambulance Barneveld de nieuwe opvanglocatie. Zij kregen daar een rondleiding en maakten kennis met de nieuwe omgeving.Wethouder Mijntje Pluimers: “We zijn als gemeente Barneveld blij dat we een geschikte locatie hebben gevonden voor onze wettelijke taak in de opvang van honden, katten en vogels. De keuze voor DierenZorg Eemland in Soest is gemaakt vanwege het complete en professionele pakket dat zij aanbieden. We kijken uit naar een duurzame samenwerking met DierenZorg Eemland.”

Peter van der Heijden, directeur stichting DierenZorg Eemland: “Wij zijn ontzettend blij met het vertrouwen dat de gemeente Barneveld in ons stelt. Samen met de Dierenambulance Barneveld en alle betrokken partners zetten wij ons graag in voor dierennoodhulp en een warme en professionele opvang van dieren uit de regio. We kijken uit naar een fijne en langdurige samenwerking.”