Met een nieuwe wet ‘Van school naar duurzaam werk’ gaat het
kabinet jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt beter helpen. Minister
Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap), staatssecretaris Nobel (Participatie
en Integratie) en staatssecretaris Paul (Funderend Onderwijs en Emancipatie)
willen de overstap van onderwijs naar de arbeidsmarkt verbeteren, om zo veel
mogelijk arbeidspotentieel te benutten.
Door de nieuwe wet krijgen jongeren die dat nodig hebben
ondersteuning van scholen, doorstroompunten en gemeenten, die daarbij verplicht
samenwerken. Deze ondersteuning is er voor jongeren tot 27 jaar van het mbo,
vso, pro en vroegtijdig schoolverlaters.
Minister Bruins: “Een te grote groep jongeren valt
in de cruciale overgang van school naar werk buiten de boot. Terwijl we een
enorm tekort hebben aan vakmensen. We zien dat deze jongeren moeite hebben om
zelfstandig de stap naar de arbeidsmarkt te zetten. We zien ook dat hulp van
vaste begeleiders, bijvoorbeeld bij het contact leggen met potentiële
werkgevers of door het aanleren van extra sollicitatievaardigheden, werkt om
jongeren aan een baan te helpen die bij hen past. Met deze wet voorkomen we
teleurstelling en uitval en dragen we bij aan het opleiden en inzetten van
vakmensen die zo hard nodig zijn om onze maatschappij draaiende te houden.”
Staatssecretaris Nobel: “Het is onvoorstelbaar dat er
meer dan honderdduizend jongeren aan de kant staan en niet meedoen. Werkgevers
staan te springen om personeel. We hebben iedereen hard nodig. Daarom
investeren we extra in jongeren die moeite hebben met de stap naar de arbeidsmarkt.
En bieden we hen betere begeleiding bij de overstap van school naar werk en bij
werkloosheid.”
Staatssecretaris Paul: “Iedereen moet goed mee kunnen
doen op de arbeidsmarkt, want we hebben in Nederland iedereen nodig. Jongeren
op het voortgezet speciaal onderwijs of praktijkonderwijs zijn soms gebaat bij
langere begeleiding van scholen om een geschikte en passende plek te vinden op
de arbeidsmarkt. Mooi dat dit wetsvoorstel dit nu mogelijk maakt”.
Gat in de wet- en regelgeving
Ondanks de personeelstekorten zijn er volgens het CBS ruim
100.000 jongeren die geen werk hebben en geen opleiding volgen (CBS
(2024)
Jongeren
die geen onderwijs volgen en niet werken - Jaarrapport Landelijke Jeugdmonitor
2024 | CBS).
Als een jongere een diploma haalt, stopt de
verantwoordelijkheid en de ondersteuning van de onderwijsinstelling. Lang niet
alle jongeren vinden daarna zelfstandig een baan of vervolgopleiding. Gemeenten
kunnen aan deze jongeren niet altijd voldoende preventieve en passende
ondersteuning bieden. Jongeren kunnen uit beeld raken of weten de weg naar hulp
niet te vinden. De nieuwe wet slaat een brug tussen gemeente, scholen,
doorstroompunten en werkgevers om dit te voorkomen. Succesvolle elementen uit
de tijdelijke aanpak jeugdwerkloosheid worden met deze wet voortgezet en
vastgelegd. Het doel is dat de wet 1 januari 2026 ingaat.
Langere begeleiding
Scholen krijgen de wettelijke verplichting om jongeren
‘aanvullende loopbaanbegeleiding’ aan te bieden, ook nadat zij van school zijn.
Scholen moeten ook vastleggen hoe zij dit organiseren. Zo gaat het ROC
Mondriaan het al bestaande programma Op Weg Naar Werk permanent en breder
beschikbaar maken, zodat studenten tot één jaar na het afstuderen, begeleid
worden naar een baan via uitstroomcoaches. Bij vso en pro is hulp op verzoek
van de jongere ook in een tweede jaar na het verlaten van de school mogelijk. Voor
het organiseren van deze langere begeleiding krijgen mbo-instellingen
structureel 20 miljoen en pro en vso-scholen 1,5 miljoen. Voor Doorstroompunten
geldt dat zij jongeren tot 27 jaar die zonder startkwalificatie het onderwijs
verlaten, begeleiden terug naar school of naar werk. Dat doen ze nu voor
jongeren tot 23 jaar.
Rol gemeente
De school of het Doorstroompunt kan in samenspraak met de
jongere ook hulp vragen van de gemeente bij het matchen op werk of het
combineren van werken met leren. Zo kan de jongere de best passende
ondersteuning krijgen. Ook jongeren die geen werk hebben, kunnen ondersteuning
krijgen van gemeenten. Voor het uitvoeren van deze taak wordt de
Participatiewet aangepast.
Samenwerking tussen organisaties
Voor een succesvolle aanpak om het aantal voortijdig
schoolverlaters en jeugdwerkloosheid terug te dringen, is de inzet van
verschillende expertises en organisaties nodig. Zo moet er bijvoorbeeld hulp
beschikbaar zijn op school voor jongeren die kampen met psychische problemen,
schulden of die crimineel gedrag vertonen. Een beproefd voorbeeld hiervan is de
‘school als werkplaats’ bij Firda (voorheen Friesland College), waarbij de
school, gemeente en instellingen uit de (jeugd)zorg- en hulpverlening samenwerken
om problemen van jongeren buiten de school te herkennen en aan te pakken. Ook
zetten veel regio’s overstapcoaches in waarmee leerlingen uit het vso
ondersteund worden in de overstap naar het mbo. Of helpen jobcoaches jongeren
aan werk, en zorgen zij met praktisch advies aan zowel jongeren als werkgevers
dat het een succes wordt. In de wet is de samenwerking tussen organisaties in
de regio’s vastgelegd. Hiervoor komt jaarlijks ruim € 90 miljoen beschikbaar.
Dit is € 40 miljoen meer dan nu.
Bericht overheid van 9 december 2024 17.00 uur.